Bloembollen
Zo gauw de winter over zijn hoogtepunt heen is, kondigen de sneeuwklokjes en krokussen de naderende lente aan. De eerste in een reeks bolgewassen die de Nederlandse tuinen in het voorseizoen kleur geven. Deze tips helpen u om nog meer plezier te hebben van uw bloembollen.
Standplaats
Al naar gelang de soort, kunt u bloembollen planten in bloembedden, borders, rotstuinen of bakken. Plant bollen die kunnen verwilderen het liefst tussen bomen of heesters, waar ze gewoon kunnen blijven staan en zichzelf vermeerderen. Hyacinten en tulpen zet u in groepjes tussen de vaste planten. In mei of juni kunt u de open plekken dan mooi beplanten met éénjarige zomerbloemen.
De grond
Bloembollen zijn tevreden met elke grondsoort, zolang die maar goed waterdoorlatend is. Maak zware grond wat luchtiger met turfmolm of zand en meng wat compost door de grond.
Planten
Bloembollen die in het voorjaar bloeien, zoals tulpen, narcissen, hyacinten en krokussen, kunt u planten van half september tot november/december. De soorten die in de zomer of het najaar bloeien, zoals dahlia’s, canna’s en lelies, gaan in het voorjaar de grond in. Bollen worden niet erg diep geplant. Een makkelijk te onthouden vuistregel: neem voor de diepte van het plantgat drie keer de dikte van de bol.
Op 't balkon
Ook als u geen tuin heeft, kunt u met bloembollen al vroeg de lente inluiden. Plant ze in de bakken waar u in mei de zomerbloeier’s in zet. Zijn bloembollen in de tuin vaak mooier in groepjes van één soort bij elkaar, op een klein balkon kan het juist zijn charme hebben om diverse soorten te mengen en zo in het voorjaar te genieten van een uitbundige kleurenpracht op de vierkante meter. Vooral de botanische soorten zijn zeer geschikt voor het balkon.
Meer weten?
Vraag onze tuinadviseurs gerust alles wat u nog meer over bloembollen wilt weten. Ze helpen u graag met handige tips en goede raad.